KCL: Voer geen vitamineonderzoek (B12/D/foliumzuur) uit bij patiënten met aspecifieke (vage) klachten
Aanbeveling: Laat geen vitamineonderzoek (B12/D/foliumzuur) uitvoeren bij patiënten met aspecifieke (vage) klachten
Door een breed geloof in het algemene belang van vitamines wordt er vaak te snel besloten om vitamineniveaus te meten of worden uit voorzorg vitaminesupplementen genomen. Zonder aanwijzingen voor een tekort (of overschot) is er geen reden om vitamineonderzoek in te zetten. Ook is vaak onvoldoende helder naar welke vitamineniveaus gestreefd moet worden. Onder bijzondere omstandigheden of bij passende klachten kan vitamineonderzoek wel geindiceerd zijn. Voor vitamine D zijn er nog geen bewijzen over de relatie met aandoeningen zoals kanker, diabetes en hart- en vaatziekten en heeft vitamine D-onderzoek geen aanvullende betekenis. Onderzoek naar foliumzuur of B12 is zinvol bij tekenen van bloedarmoede, polyneuropathie en dementie. Of in bijzondere situaties, zoals bij slechte opname door de darmen, ondervoeding en verhoogde behoefte (zoals zwangerschap of chronisch gebruik van metformine of protonpompremmers).