ICD: meerwaarde voor patiënten met bindweefsel in het hart?
Wat is de meerwaarde van behandeling met een implanteerbare cardioverter-defibrillator (ICD) therapie voor primaire preventie bij patiënten met non-ischemische cardiomyopathie (NICM)?
Achtergrond
Ieder jaar krijgen naar schatting 300 patiënten met deze aandoening een implanteerbare cardioverter-defibrillator (ICD). De laatste jaren is de behandeling met medicijnen van hartfalen sterk verbeterd en is het risico op overlijden aanzienlijk afgenomen bij mensen met verminderde pompfunctie van het hart door een ziekte van de hartspier. Daardoor verwachten we dat een ICD nu niet meer nodig is voor veel patiënten die hier eerder voor in aanmerking kwamen. Een ICD is voor veel mensen een levensreddend hulpmiddel, maar is ook belastend. Daarom willen we zeker weten voor welke patiënten ze meerwaarde hebben.
Onderzoek
In dit onderzoek, dat uitgevoerd gaat worden in alle ziekenhuizen in Nederland, onderzoeken we of:
patiënten zonder bindweefsel in het hart een lager risico hebben om te komen overlijden
een ICD bij patiënten met bindweefsel in hart sterfte kan verminderen.
Voor studie 1 zullen 720 patiënten (zonder ICD) geïncludeerd worden die gevolgd worden in hun behandeling en voor studie 2 zullen 720 patiënten geloot worden voor een behandeling met een ICD of voor een behandeling met optimale medicamenteuze therapie (OMT). Patiënten worden 3 jaar gevolgd na deelname aan de studie. Daarnaast zal er gekeken worden naar het effect op de zorgkosten.
Resultaat
Het doel van deze zorgevaluatie is om te kijken of de behandeling met ICD bij patiënten met non-ischemische cardiomyopathie (NICM) met bindweefsel in het hart sterfte kan verminderen, en of patiënten zonder bindweefsel in het hart een lager risico hebben om te komen overlijden.
Kennisagenda
Dit onderzoek sluit aan op de kennisagenda van de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC).